Handelaars in het stadscentrum klagen vaak dat een autovrij centrum hen inkomsten kost – gemotoriseerde klanten zijn immers de ‘big spenders’, toch? Zowat alle onderzoeken spreken dat nochtans tegen. Fietsers en voetgangers gaan vaker naar winkels en restaurants en consumeren er in totaal meer dan automobilisten.
Een recent onderzoek van de Portland State University in Oregon (VS) laat er geen twijfel over bestaan: een centrum waar fietsers en voetgangers zich thuis voelen is interessanter voor lokale handelaars dan een centrum waar de auto baas is. De wetenschappers bevroegen eind 2012 bijna tweeduizend bezoekers van lokale winkels, restaurants en bars. Fietsers bleken per maand dertien procent meer uit te geven dan automobilisten.
Ook uit (ouder) Nederlands onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat fietsers in de binnenstad van Utrecht in totaal meer geld uitgeven dan automobilisten. In Groningen werd het voetgangersgebied uitgebreid en kreeg de fietser betere directe verbindingen, waardoor het percentage bezoekers dat langer dan twee uur in de binnenstad bleef in drie jaar tijd van 35 naar 46 procent toenam. Het aantal arbeidsplaatsen steeg mee van 17.300 tot 18.400.
In Vlaanderen is er nog geen grootschalig onderzoek gevoerd naar wat zachte weggebruikers versus automobilisten uitgeven. Daardoor baseren handelaars zich nog te vaak op een ‘gevoel’, en overschatten bijgevolg vaak de waarde van hun gemotoriseerde klanten. Dat blijkt ook uit een recente peiling bij 1.700 Brusselse handelaars en shoppers. De onderzoekers vroegen aan de handelaars op welke manier ze dachten dat hun klanten naar de winkel waren gekomen, en vroegen vervolgens aan die klanten op welke manier ze effectief gekomen waren. De handelaars dachten dat de helft van hun klanten met de auto was gekomen. In werkelijkheid bleek dat veertig procent zich met het openbaar vervoer, en nog eens veertig procent te voet of met de fiets had verplaatst.
En die grote koffer dan?
Het klopt dat automobilisten meer in één keer aankopen, en dus schijnbaar meer uitgeven, maar fietsers en voetgangers komen wel vaker terug voor kleinere uitgaven, en geven zo in totaal meer uit dan een automobilist die maar één keer per week grote aankopen winkelt. In het algemeen zijn winkeliers voor hun omzet dus niet afhankelijk van de bereikbaarheid van hun winkels per auto.
‘Uit onze ervaringen blijkt ook dat fietsers trouwe klanten zijn’, zegt Benedicte Swennen van de Bond Beter Leefmilieu. ‘Ze gaan meestal naar dezelfde bakker of groenteboer. Fietsers zijn ook niet langer de mensen die zich geen auto kunnen veroorloven, ze hebben best wel wat budget om te spenderen. Op korte termijn kunnen handelaars nog erg conservatief denken als het gaat om het autoluw maken van een winkelbuurt. Ze zijn vaak geschokt door verhoging van het parkeertarief of de afschaffing van parkeerplaatsen. Maar na een tijdje worden ze wel positiever: ze merken dat hun klanten het aangenamere winkelcentrum appreciëren, er is minder drukte en lawaai van autoverkeer. Kijk maar (filmpje hieronder) naar de autoluwe winkelstraat in Beveren-Waas. Winkeliers willen er niet meer terug naar vroeger.’
Vooral buurtwinkels en horecazaken profiteren van meer zachte weggebruikers in hun stad. Wie te voet of met de fiets door de stad trekt en een leuke winkel, bar of restaurant ziet, kan makkelijker stoppen en binnenstappen. Een gemotoriseerde shopper moet eerst nog een parkeerplaats vinden. En daar hebben we nog een argument: fietsende klanten hebben niet net ‘verloren’ geld moeten uitgeven aan brandstof en een parkeerticket – dat hen bovendien opjaagt, want de meter loopt. Hun portefeuille is daarom nog iets dikker bij aankomst.
Bovendien is een stad op maat van fietsers en voetgangers niet alleen goed voor actieve fietsers. Ook senioren of ouders met kinderen durven en kunnen gerust op straat komen, inkopen doen of iets gaan drinken. Geld uitgeven dus. Een autoluwe stad maakt bovendien baan vrij voor zij die er gemotoriseerd moeten geraken: dienstverleners, bevoorraders of mindervaliden.
Ook de horeca en toeristische sector winnen bij een autovrij stadscentrum. Veel toeristen fietsen tijdens hun vakantie. Een fietsvriendelijke stad geniet ook mee van hun vakantie-uitgaves. Fietsvoorzieningen zijn goedkoper en nemen veel minder kostbare stads(leef-)ruimte in. Autoloze straten zijn rustiger en gezelliger, en er is meer ruimte voor shoppers.
Hoofdconclusie van zowat elke studie die de uitgaven van voetgangers en fietsers vergelijkt met die van gemotoriseerde klanten is daarom: ondernemers in de binnenstad overschatten het aandeel van hun klanten dat met de auto komt, en zeker het aandeel dat die automobilisten hebben in hun omzet.
Met Belgerinkel naar de Winkel
Van zaterdag 4 mei tot zaterdag 8 juni 2013 zet de campagne ‘Met Belgerinkel naar de Winkel’ weer alle fietsende winkelaars in de bloemetjes. Kijk op hun website voor de deelnemende handelaars in jouw buurt.
Pingback:Persbericht – Shop&go | Groen Kortrijk
Beste
Graag willen we bovenstaand artikel opnemen in het vakblad ‘Publieke Ruimte’.
Kan u ons hiervoor contacteren? contact[at]publiekeruimte[info]
Dank!